Dag 18: van Cormontreuil naar Épernay (32,4 km)
16 mei 2018 - Épernay, Frankrijk
Half bewolkt met in de avond regen, max. temp 21º
Vandaag 32,4 / Totaal 427,7 kilometer
Slapen in een nonnenklooster, dat kan nu ook van mijn bucket-lijstje af. Ik heb heel goed geslapen in het klooster van de zusters van Clarissen in Cormontreuil. Om zeven uur werd het ontbijt geserveerd en ik zat er samen met nog vier anderen te eten. Nog niet eerder heb ik het ter sprake gebracht, maar het was vandaag de tweede keer dat ik koffie geserveerd kreeg in een kom, een soepkom. En nu zag ik trouwens ook dat het de gewoonte is om stukjes stokbrood in de koffie te soppen en daarna op te eten. Vleeswaren staan er nooit op de ontbijttafel en kaas niet altijd. Het is brood, boter, chocopasta en verschillende soorten confituren. Verder koffie, thee, jus-d’orange en water. Ik raakte in gesprek met Yves, de conciërge van het klooster, die samen met zijn vrouw Brigitte (kokkin) hier werkzaam zijn. Yves spreekt echter alleen Frans, maar met handen en voeten kwamen we een heel eind. Even later sloot ook Jean-Claude bij ons gesprek aan, een Franstalige Canadees (Quebec) die goed Engels spreekt en als tolk fungeerde. Zo vertelde Yves dat hij uit Troyes (spreek uit als Trwa) kwam en dat als ik daar over enkele dagen ben zeker van de lokale lekkernij moet proberen. De kaas “Chaorce” en de worst “Andouillette” zijn de specialiteiten van de stad, die moet ik zeker geproefd hebben. Nou dat gaan we dan maar doen later. Het was kei gezellig aan de ontbijttafel maar voor mij was het weer de hoogste tijd om me klaar te gaan maken voor vertrek. Yves stopte me nog een stokbrood met boter en kaasjes toe en Jean-Claude gaf me nog wat fruit en drinken mee, dus mijn lunch was al weer geregeld. Zuster Maryvonne, die gisteren tijdens de maaltijd ook even kwam aansluiten, was er vanochtend niet bij, geen van de zusters trouwens. Ze waren nog druk bezig met de Lauden, en toen die afgelopen was liep ik al weer richting het zuiden. Om acht uur was ik namelijk al weer vertrokken voor maar weer eens een dertigplusser. Bij het afscheid nemen kreeg ik nog een flinke smakkerd van Brigitte, dus mijn dag kon niet meer stuk. Blijft wel wennen hoe die Fransen elke dag elkaar met vol enthousiasme begroeten, telkens weer. Toch wel iets anders dan het afgezaagdere “moggu” bij ons in Nederland.
Eenmaal op pad liep ik weer in een klein wereldje. De mist zorgde ervoor dat het zicht erg beperkt was. Helaas geen vergezicht op de kathedraal van Reims voor mij, maar allee je kunt niet alles hebben. Ik voelde me fris en fruitig, de rustdag van gisteren heeft me goed gedaan en mijn benen waren snel gewend de cadans weer op te pakken. Toen ik de bebouwde kom van Cormontreuil uit liep en de snelweg overstak, kwam een medepelgrim mij toegesneld en sprak me in gebrekkig Frans aan. Het bleek een Duitser te zijn, Wolfgang was onderweg naar Rome. Hij wilde samen een stukje met mij meelopen, maar toen we de routes bekeken liepen die meteen vanaf dit punt uiteen. Dus maar weer afscheid genomen en elkaar een behouden reis gewenst. Al snel kwam ik in de wijngaarden terecht. Eerst zag ik nog een enkel bietenveld maar even later alleen maar druiven. Mijn route, de “Via Campaniensis” brengt me langs wijngaarden van de heuvels van Reims en voor een deel van de vallei van de Marne. Dit gebied staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO in de categorie “Levende cultuurlandschappen”. Wijngaarden, overal wijngaarden zo ver als je kijken kon, jawel ik loopt nu in de champagnestreek. Na zo’n negen kilometer kwam ik in het dorpje Rilly-la-Montagne, het ene huis nog mooier dan het ander en jawel hoor, die naam is niet uit de lucht gegrepen. Het parcours ging flink bergop en toen ik het dorp weer uitliep kwam ik in een bos terecht. Vijftien kilometers bosgebied, dat was weer enkele dagen geleden. Ik verlangde weer naar de kenmerkende geluiden in het bos, van vogels, de wind en het ritselen tussen de bladeren.
Toen ik na ongeveer drie uur wandelen het bos uit kwam liep ik Hautvillers binnen, de “Parel van de Champagnestreek”. Opvallend aan dit dorp vond ik, dat er veel uithangborden aan de gevels hangen. Het “Office de Tourisme” wist mij te vertellen dat dit nog stamt uit de middeleeuwen. De traditie is nieuw leven ingeblazen en nu mag iedereen een uithangbord hangen om zijn beroep, hobby of een anekdote mee te delen. Het zijn allemaal unieke stukken die door een kunstsmid uit de regio zijn vervaardigd, de een nog mooier dan de ander.
Maar waar Hautvillers echt wereldberoemd om is, is de benedictijnse keldermeester-intendant van de abdij Saint Pierre d’Hautvillers; Dom Pérignon, de uitvinder van de champagne, wiens tombe in de abdijkerk ik nog ben gaan bezoeken.
Toen ik vervolgens de Marne overstak bereikte ik niet veel later Épernay, mijn eindbestemming voor vandaag. Dit 40.000 inwoners tellend stadje ligt midden in de wijngaarden van de champagne en staat internationaal bekend als “De hoofdstad van de champagne”. Er staan talrijke 19e eeuwse herenhuizen in renaissance of klassieke stijl waar de hoofdkantoren zijn gevestigd van prestigieuze champagnefirma’s. In het meer dan 120 kilometer gangenstelsel wat nabij Épernay is uitgegraven liggen 200 miljoen flessen champagne opgeslagen. Champagne mag dan een exclusieve wijn zijn, ik vind het helemaal niet lekker en zal ze alle 200 miljoen maar netjes laten liggen.
Om kwart voor vijf liep ik de pastorie van “Saint Pierre - Saint Paul” binnen om me, zoals afgesproken, te melden. Tegenover een kamertje wat als kappelletje is ingericht kreeg ik mijn slaapplaats toegewezen voor de nacht, waarna ik me kon opfrissen. Na een warme douche ben ik nog even de stad ingegaan voor het avondeten, om daarna vermoeid naar bed te gaan. Morgen wacht er weer een dag.
Was niet mijn favoriet.
Ik zal er weinig woorden aan vuil maken, maar 'bij de nonnen slapen' op je bucket-lijstje???
Prachtige blog weer, je vertelt het beeldend. Hoe heerlijk het is om in een bos te lopen.
Orné toch .. you naughty boy
En je mag best wat champagne laten inpakken en hiernaartoe sturen
Kunnen we één per stap van jou doen :)
Ik drink dan wel op jouw ‘triomphé’
Santé
Wat n belevenissen en ontvangsten,zo divers.
Wandel ze weer vandaag,en hou het recht.
Groeten.
Wat die andouillette betreft, toch maar even bekijken of je die echt wil eten in Troyes; je moet hiervoor een sterke maag hebben en je reukzin wordt toch ook sterk op de proef gesteld als je de worst aansnijdt.
Emma en ik wensen je een behouden tocht!
groetjes moeder
Bon voyage. Groeten Peter
In Troyes waar je na op weg ben kijk je jou ogen uit zo mooi is deze stad.
Een buen camino verder.