Dag 24: van Troyes naar Ervy-le-Châtel (47,4 km)

22 mei 2018 - Ervy-le-Châtel, Frankrijk

Halfbewolkt, later hevige regen, max. temp 24º

Vandaag 47,4 / Totaal 600,8 kilometer

Dat het vandaag een lange dag zou gaan worden, wist ik van te voren. Dus de wekker maar gezet zodat ik vroeg op pad kon gaan. Ik hoefde vandaag met niemand rekening te houden, want voor het ontbijt moest ik immers zelf zorgen. Ik had nog brood van gisteren en met wat jam en ham was de bodem weer gelegd voor vandaag. Iets over zessen trok ik, gekleed in een T-shirt en korte broek, de deur van het “Maison Notre-Dame en l’Isle” achter me dicht, nadat ik de sleutels in de daarvoor bestemde brievenbus had gedeponeerd. Het was helemaal niet koud deze ochtend, de wolken dreven over de stad, maar er viel (nog) geen regen, het zonnetje probeerde het al voorzichtig. Het zou snel optrekken en het bleef nagenoeg de hele dag halfbewolkt, geen felle zon en een lekker briesje. Ideaal wandelweer voor deze lange tocht, niet al te heet. 

Het was nog erg vroeg voor het stadsleven, Troyes lag er doods bij en er was nog niks te beleven. Alleen de vuilnismannen waren al actief om hun vertrouwde rondje te maken. Stratenvegers en ook enkele gemeentewerkers hadden hun handen al uit de mouwen gestoken en waren de pleinen aan het schoonmaken en de hekwerken aan het opruimen, die bij de festiviteiten van het Pinksterweekend gebruikt waren. Mijn oog viel op een foldertje waarop de worst “Andouilette van Troyes” stond afgebeeld. Toen ik het opraapte zag ik dat het over de geschiedenis van dit worstje ging. De Andouilette dateert al uit het jaar 878, zo las ik, toen Lodewijk II tot koning van Frankrijk gekroond werd en tijdens de dis deze plaatselijke worstjes aanbood. Ik snap nu best dat ik veel reacties kreeg over deze worst en dat die niet te eten zou zijn, een worst van meer dan 1100 jaar oud zou ik ook niet eten.

Langzaam kwam er leven in de stad en het forensenverkeer verraadde dat het vandaag voor velen weer een werkdag zou zijn. Na ongeveer een uurtje lopen, toen ik de buitenwijken van Troyes al had verlaten en het dorpje Germain passeerde, kwam ik weer op de route terecht. Ik was al snel het voorbijrazende verkeer beu en was dan ook echt blij om die rust van het buitengebied te ondervinden. Een kraaiende haan op een erf, het gefluit van de veldleeuweriken op de open velden waar ik maar geen genoeg van kan krijgen, het kwam allemaal weer voorbij. Zo liep ik door de velden en bossen waarbij ik de plaatsjes Laines-aux-Bois, Souligny en Bouilly passeerde. Even voorbij Laines-aux-Bois liep ik nog langs de resten van de Gallische nederzetting “Montaigu”. Later heeft op deze plek ook nog een kasteel gestaan dat in 1420 totaal verwoest is. De dakpannen en stenen van dit verwoeste kasteel treft men nog veel aan in de gebouwen hier in de omgeving.  

In Bouilly was het tijd voor een pauze en bij het plaatselijke “Café de Sport” heb ik op het terras een ‘petit café’ gedronken. Het was nog geen negen uur, maar toch had ik al weer 17,5 kilometer achter de rug, vroeg vertrekken heeft zo z’n voordelen. Ook in dit café kwam regelmatig volk binnen voor een kopje koffie, zoals je dat in Frankrijk zo vaak ziet. 

Toen ik even later mijn weg weer vervolgde liep ik eerst bij het “Hotel de Ville” naar binnen, ik wilde ook vandaag onderweg weer een stempel scoren. De deur stond open en de schoonmaakster was erg druk, maar helaas bleek dat ze in de voormiddag toch gesloten waren. Wachten tot vanmiddag was voor mij geen optie, ik had immers nog een lange trip voor de boeg. Zo liep ik maar weer verder door het ligt glooiend landschap, door bossen en velden. De vertrouwde geluiden in het bos zoals de koekoek, specht en zangvogels zorgde voor de muziek vandaag en wat later in de voormiddag, toen de insecten ook weer waren opgewarmd, waren de krekels op de graslanden ook weer van de partij. De omgeving van Sommeval en Forêt-Chenu deed me een beetje aan Luxemburg denken, dat ziet er ongeveer hetzelfde uit. De omgeving hier heet “Land van de Othe”, veel uitgebloeide koolzaadvelden, bossen, boomgaarden (veel appelbomen voor de cider) en kleine dalen waardoor riviertjes slingeren. Een groene omgeving waar molens en duiventillen de bloemrijke dorpjes sieren. Zo zag het land van Othe er voor mij vandaag uit.  Maar bij glooiend landschap hoort ook weer bergie-op en bergie-af wandelen. Het vrij vlakke parcours van de laatste dagen had er voor gezorgd dat ik al weer bijna vergeten was hoe het voelde, maar ik kwam er snel genoeg weer achter. De kleine pijntjes kwamen weer naar boven en ik voelde weer enkele spieren op plaatsen waar ik ze nog nooit gevoeld had.

Onderweg, in het bos even voor Eaux-Puiseaux, passeerde ik een jachthut, waar jagers bijeenkomen voor de jacht. Ik zag het helemaal voor me hoe ze er na de jacht bij het tableau en hun “waidmannsheil” voor de goede afloop, hun meest sterke verhalen vertellen. Ik fantaseerde er op los en toen ik de opgezette zwijnenkop boven de toegangsdeur zag hangen dacht ik dat die het ongedierte wel buiten zou houden. Zo mijmerend kwam ik in Eaux-Puiseaux uit, waar ik mijn tweede stop had. Op het terrasje van “Bistro de Pays” zat ik, genietend in het zonnetje mijn lunch te nuttigen, waarbij de huiszwaluwen rakelings over m’n hoofd scheerden, om bij hun piepende jongen te komen, die er in de nis van het raamkozijn hun nestje hadden. Ik zat er juist onder, leuk om dit tafereeltje op de eerste rang te mogen aanschouwen. Ik had nog even contact met een collega van mij, die in deze buurt vaak op vakantie gaat (volgende week weer) en deelde nog vrolijk mede dat ik tot nu toe nog maar een half uurtje regen op mijn dak heb gekregen tijdens mijn reis naar Compostella. Had ik beter niet kunnen zeggen want toen ik na deze stop weer verder ging was de zon inmiddels verdwenen en de donkere wolken dienden zich aan. Het was niet koud en er woei geen wind maar toen ik Mesnil-Saint-Georges een vijftiental minuten gepasseerd was voelde ik de eerste druppels wel naar beneden komen. Ik was op zo’n drie kilometer van Ervy-le-Châtel mijn eindbestemming en er was nergens een gelegenheid om even te schuilen. Langzaam begon het steeds harder te regenen en ik besloot om maar even onder de grote bomen te blijven staan. Dat was een goed idee voor de eerste vijf minuten, maar daarna was er geen houden meer aan. Ik besloot maar om gewoon door te lopen en had de regenhoes al over mijn rugzak getrokken. Net toen ik het dorpje binnenliep kwam het zonnetje weer tevoorschijn en het zou verder de hele avond droog blijven. Maar als een verzopen kat kwam ik wel op mijn eindbestemming aan met 47,4 kilometer op de teller, die ik noodgedwongen had moeten afleggen omdat ik geen andere slaapplaats voor vandaag gevonden kon krijgen. Onderweg heb ik me vaak afgevraagd of het niet verstandiger was geweest om toch een tentje mee te nemen voor de eerste vijf a zes weken, maar na veel wikken en wegen had ik besloten om dit niet te doen.

Vooraf keek ik erg op tegen deze dag, maar achteraf valt het altijd weer mee, zo ook nu. Mijn voeten snakten naar rust, maar toen ik een kwartiertje met de benen omhoog had gelegen voelde ik me weer een stukje beter. Vooral de heerlijke warme douche en het aanbod van de gastvrouw om mijn wasje te doen maakte veel goed. 

Nadat ik mijn eigen maaltijd in elkaar had geflanst en dit, voor mijn “Chambre d’Hotes” genietend van het uitzicht over de vallei, zat weg te werken voelde ik me weer een stuk beter.

Voor morgen staat er, in verhouding met vandaag, een hele kleine etappe op het programma. Rond de twintig kilometer, als ik op de route blijf. Ik heb dus alle tijd morgen om het vestingstadje Ervy-le-Châtel te bezichtigen.

12 Reacties

  1. Pauline:
    22 mei 2018
    Wat een afstand. Indrukwekkend. Morgen maar rustig aan lopen!
  2. Toos:
    22 mei 2018
    Respect man 😊
  3. Jos Verluyten:
    22 mei 2018
    Straffe kost! Af en toe een dertiger, dat kan maar een dikke veertiger, dat getuigt van een prima fysieke conditie!
  4. Elza:
    22 mei 2018
    Complimenten voor de afstand en je verslag Orne. Ik heb het vandaag een stuk rustiger aan gedaan. Morgen naar Tonnerre vanaf Etourvy en vervolgens naar Chablis waar ik dan donderdag hoop aan te komen en weer op de Via Campaniensis aansluit. Bon Camino !
  5. Jan van Hees:
    22 mei 2018
    Ook mijn complimenten. Wat 'n afstand en dan je eigen maaltijd nog moeten verzorgen. Ik ben er eigenlijk wel benieuwd naar wat je zoal voorgeschoteld krijgt dan wel zelf moet vervaardigen. Tenminste als je daarover af en toe iets wilt vertellen.

    Goede reis voor morgen.
  6. Cor Zelf:
    22 mei 2018
    Wat is dit?
    Door een haas gedekt?
    Grote stappen vlug thuis?
    Iets in te halen?
    Haast je minder langzaam?
  7. Anjo:
    23 mei 2018
    Na regen komt altijd zonneschijn.
  8. Neeltje:
    23 mei 2018
    Nou pap, zo ver.. Speedy Gonzalez is er niets bij. Petje af!

    Kus
  9. Elma:
    23 mei 2018
    Respect! Dat is wel een hele grote afstand. Je wilde er niet op gokken om ergens halverwege een gemeentehuis binnen te lopen en de burgemeester te vragen om 'n slaapplek? Tja dat kan een bankje in de hal zijn maar ook 'n goed bed. Hopelijk hoef je verder op je tocht niet al te veel 40ers te doen. Ultreia!
  10. Ries:
    23 mei 2018
    had ik al verteld dat je lekker bezig bent ?? ;) topper !!
  11. Robert Breen:
    23 mei 2018
    Knap man. Ik vind het op de fiets al een eind. Geniet ervan, zoals ik van je verhalen geniet👍
  12. Henk en Tonny:
    24 mei 2018
    Top Orne, geniet van je rustige dag hierna.Maar zo te lezen doe je dat al iedere dag. Geweldig