Dag 75: van Atapuerca naar Hornillos-del-Camino (41,4 km)

17 juli 2018 - Hornillos del Camino, Spanje

Half bewolkt, max. temp 27º

Vandaag 41,4 / Totaal 1979,2 kilometer

Vandaag zou het een bijzondere dag worden, in meerdere opzichten. Gisteren had ik Robert aan de telefoon. Hij was in Burgos en had een probleem, één van zijn telefoons was defect. Hij had deze ter reparatie aangeboden bij een reparateur, maar moest er wel een dagje op wachten. Na twaalf uur vanmiddag zou zijn telefoon klaar zijn. Omdat ik ook nog wat vergeten wasgoed van hem bij me had spraken we af elkaar in Burgos te treffen. Voor mij was dat ongeveer twintig kilometer wandelden, dus met een uurtje of vier moest ik er kunnen zijn.

Om vijf uur ging de wekker en als eerste van de pelgrims was ik paraat. Mijn rugzak stond al klaar en ik had al een volle pot koffie gezet voordat de meute wakker werd. Binnen een half uurtje was de hele pelgrimsherberg druk doende om in de te kleine keuken te ontbijten. Ik was echter al startklaar en nadat ik de andere pelgrims weer een “Buen Camino” had gewenst vertrok ik om half zes.   

Toen ik Atapuerca verliet ging ik direct een smal voetpad op, wat omhoog ging naar het bergmassief en militair schietterrein, alwaar de route omheen is gelegd, gemarkeerd door middel van een hekwerk met prikkeldraad. Het was nog erg donker en maar 12 graden, maar door de harde wind vreselijk koud. Ik liep, zoals de laatste weken dagelijks het geval is, in korte broek en T-shirt voorzien van een windstopper. Beter was een lange broek en een warme wandeltrui eroverheen geweest, maar die zaten helemaal onderin mijn rugzak. Het regen-/windjack moest me tegen de kou vandaag beschermen, maar voor morgen weet ik nu al waar in in ga starten. De klim naar het bergmassief was makkelijk te doen, over een niet al te hoge berg tussen steenkolen door, die uitkwam op de top waar ik voor het eerst de laagvlakte van Burgos zag. Het was nog wel donker, maar de opkomende schemering en de verlichting van de stad en omliggende dorpjes gaven me toch een prachtig uitzicht en beeld wat me te wachten staat de komende dagen. Vaag aan de horizon kon ik de torens van de kathedraal van Burgos onderscheiden, die leken op te lossen in de ruimte. Ik besefte dat de steppe van Castilië de volgende vuurproef is de de apostel Jacobus op de weg van de pelgrim heeft gelegd om zijn kracht te taxeren. Ik passeerde er een groot houten kruis met aan de voet allemaal steentjes er om heen. Dit herinnert aan de “Milladoires”, plaatsen waar de pelgrims stenen gooiden om boze geesten te verjagen of bescherming te vragen. 

Nadat ik weer verder liep doorkruiste ik het eerste dorpje van vandaag, Villabal, waar nauwelijks een half dozijn huizen staan. Voor de pelgrim was er niets te beleven en jammer genoeg was het vanaf hier tot aan Burgos het asfalt mijn getrouwe metgezel. Vervolgens liep ik door Cardeñuela-Riopico en Orbaneja, twee lintdorpen waar de enige straat die het heeft tevens de Camino is. Na Orbaneja, waar een markering aangaf dat Santiago nog 500 kilometer weg was, liep ik via een brug over de autosnelweg naar Villafría, een dorpje met veel voorzieningen voor de pelgrims en waar vroeger de pelgrims uit Baskenland op de Camino aansloten. 

Vanaf hier waren het nog 10 lange kilometers, alsmaar rechtdoor lopen door industrieterrein, langs fabrieken en de rijksweg met zijn lawaai en uitlaatgassen. Ik dacht meteen terug aan die dag dat ik Limoges binnen kwam. Dat was ook zo’n lange weg door industriegebied en waar enkele pelgrims de bus namen naar het stadscentrum om de saaie gevaarlijke wandeling langs de rijksweg te ontzien. Dat heb ik hier maar niet gedaan en al lopende over het voetpad naderde ik de stad Burgos. 

Nog voordat ik de stad was binnen gelopen ontmoette ik er een groepje jonge pelgrims, die mij wisten te vertellen dat één van hen gisteren door een slang gebeten was en naar het ziekenhuis was afgevoerd. Deze slang hadden ze onderweg gezien en die dappere dodo was zo slim geweest het beestje met de hand te vangen. Hij wilde indruk maken denk ik, nou dat is hem gelukt, want van de beet is hij erg ziek geworden en zijn hand was flink gezwollen. Ja het gevaar zit soms in een klein hoekje, of was het een addertje onder het gras.   

Zo liep ik de oude stad Burgos binnen, die niet is ontstaan voor de pelgrimsroute, maar er wel belangrijk door is geworden. De vestiging van kooplieden en handeldrijvers, aangetrokken door de bedevaartgangers naar Compostela en de reizigers naar het noorden, veranderde de kleine burcht in een stad die steeds groter en veiliger werd. Ook de bouw van de vele hospita om al die pelgrims en reizigers onderdak te kunnen bieden was hier debet aan, op een gegeven moment waren er meer dan dertig. Het ontstaan van het koninkrijk Castilië en de verplaatsing van het bisdom van Oca naar Burgos gaven de stad de noodzakelijke impuls om voor eeuwen de belangrijkste stad in Spanje te worden. Ik kwam de stad binnengelopen en bereikte het ommuurde oude centrum, waar winkeliers, kunstenaars, handeldrijvers en ambachtslieden zich dicht bij elkaar hadden gevestigd. Even verderop bereikte ik het voorportaal van de kathedraal, wat een mooi gebouw, een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de Spaanse kunst.

Binnen moest de kathedraal geweldig mooi zijn, waarbij je van de ene in de andere verbazing terecht komt, maar toch heb ik er van afgezien om te gaan kijken. Het betalen van € 7,- voor het mogen zien van een kerk, is mij te gortig, dan kijk ik wel een filmpje op YouTube. Ik heb me maar begeven naar een van die gezellige terrasjes, nabij de kathedraal, alwaar ik met Robert had afgesproken. Aldaar hebben we samen wat bijgepraat en meteen afgesproken dat we naar Hornillos del Camino zouden lopen. dat zou voor mij nog een keertje 20 kilometer zijn, maar dat nam ik voor lief. Na deze pauze ben. ik verder gelopen en Robert zou nog op zijn telefoon wachten, we zouden elkaar onderweg wel weer ergens zien.

Zo liep ik Burgos uit in de wetenschap dat ik vanavond weer een maatje had om gezellig mee te kletsen. Burgos betekent een keerpunt in het ritme van de pelgrim. Vanaf hier tot aan Leon, ongeveer 180 kilometer, is het afgelopen met de bergen, de groene valleien en de glooiende vlaktes. Er dient zich een ander decor aan, een nieuw en interessant landschap dat strakker en soberder is dan tot nu toe. Ik zal me met al mijn energie en wilskracht moeten concentreren op het gevecht met de eindeloze hoogvlakte van Castilië. Lukt me dat, dan is Santiago nog een peulenschilletje. 

Ik passeerde het plaatsje Villalbilla maar liet het links liggen, gezien haar ligging zijn er nog maar weinig pelgrims die dit dorpje aandoen. Ik kwam een Franse pelgrim, Fabris, tegen waarmee ik even mee opliep. Hij vertelde dat hij onderweg was naar Santiago en gestart was in Burgos, dus hij was nog maar net op pad. Hij vertelde dat hij in Santiago zijn vriendin ten huwelijk wilde gaan vragen die aldaar op hem zal staan te wachten, een romantische gedachte. Samen liepen we door  de velden en doorkruisten een knooppunt van snelwegen, alwaar we over en onderdoor moesten lopen. 

Zo kwamen we het plaatsje Tardajos binnengelopen. We liepen over de brug van de aartsbisschop, de “Puente del Arzobispo”, waar volgens de overlevering het paard van koning Alfonso VI struikelde, waardoor de koning bijna stierf. Tardajos is een historisch plaatsje op de Camino, en gebouwd op een Romeinse vesting. Ik zag er weer een van die vele stenen kruizen staan en Fabris wist me te vertellen dat deze vroeger dienst deden als wegmarkering voor de pelgrims. Ik ben al zeker honderd van die kruizen tegengekomen hier in Spanje, wat ik wel erg opvallend vond, maar ja van gele pijlen hadden ze vroeger blijkbaar nog nooit gehoord.

Hier in dit plaatsje had ik even geluncht waarna ik afscheid nam van Fabris. Toen ik weer verder liep kwam net Robert aanlopen, die me even vertelde dat zijn telefoon niet gerepareerd was. Blijkbaar konden ze het niet maken. Gelukkig voor hem had hij zijn Nokia nog bij zich, dus helemaal van de aardbol is hij niet, al merkt ie nu wel hoe veel we aan die mobiele telefoon gehecht zijn geraakt.

Samen liepen we via het plaatsje Rabé-de-las-Calzadas verder. In dit dorpje, met zijn robuuste huizen en kronkelige straatjes kwamen twee Romeinse wegen samen, vandaar het meervoud bij de naam. We zagen op de kerktoren weer ooievaarsnesten, iets wat hier in de omgeving meer regelmaat dan uitzondering is. De gele pijlen leidden ons door het dorpje over een leuk weggetje en bij een mooie fontein midden op het dorpsplein. Nadat we dit plaatsje verlieten begon de klim naar de eerste meseta. De zon was weer goed aan het schijnen en ik voelde me al niet meer zo fit, toch moest ik nog 8 kilometer tegen deze warmte opboksen. De weg leidde ons naar de “bron van Prao Torro”, waar bankjes en tafeltjes staan die ons uitnodigden om er een rust te pakken. Het was inmiddels al drie uur, dus we besloten om toch maar door te lopen. Het zou anders wel erg laat worden om nog onderdak te kunnen vinden. We liepen verder omhoog en het tempo werd alsmaar minder. Ik liep al ver in de dertig maar Robert, gestart in Burgos, voelde zich nog erg fit. Boven op de top van de meseta zagen we eindelijk Hornillos del Camino liggen, een lintdorpje in de vallei. Aldaar hebben we onderdak proberen te vinden, maar de eerste twee herbergen zaten al vol. Bij een restaurantje was nog een kamer vrij, die we meteen maar genomen hebben. Wel een beetje duurder, maar we hadden wel een lekker bed en fijne douche, iets wat ik mezelf na 42 kilometer wel gunde.

Ik heb, met uitzondering van het dagelijkse ritueel na aankomst, alleen maar op bed gelegen de rest van de dag en na een lekker pelgrimsmenuutje lag ik uitgeput tegen tienen uur al weer heerlijk in dromenland.    

6 Reacties

  1. Markie mark:
    18 juli 2018
    Wauw, flinke wandeling zeg. Maar nu heb je wel de verrassing verpest voor Fabris 😉
  2. Henrie Schel:
    18 juli 2018
    Knap Orry maar denken wel aan Festina Volente. ... (Dat was toch de spreuk )

    Buon Camino, Henrie
  3. Marian:
    18 juli 2018
    Hoi 🤓.
    Dappere dodo ,dit hoor je niet vaak meer zeggen,maar ook vandaag telt dit wéér voor jou,chapeau.
    Gr.
  4. Hans:
    18 juli 2018
    Goed bezig Or!! Succes op de Meseta! grtz Hans K
  5. Robert Breen:
    22 juli 2018
    Dik in de 40km. Knap hoor...
  6. Riné:
    26 juli 2018
    In deze fase een dag van meer dan 40 km, met daarbij nog zorg voor Robert, is echt klasse! Heel veel succes op de hoogvlakte van Castilië!