Dag 16: van Boult-sur-Suippe naar Reims (23,7 km)

14 mei 2018 - Reims, Frankrijk

Zwaarbewolkt, regen, max. temp 15º

Vandaag 23,7 / Totaal 390,2 kilometer

Na een heerlijke nacht bij de familie Thiébaux zat ik om acht uur aan mijn ontbijt, samen met Jean-François, de heer des huizes. Marie-Odile was al vroeg op weg, ze was Joseph en Margot naar school brengen, ergens naar een plaatsje in de buurt. Ik voelde me weer zo fit als een hoentje en kon de hele wereld weer aan, ook al regende het pijpenstelen buiten. De hele avond en nacht had het geregend, maar in de loop van de ochtend zou het droog worden, gelukkig maar. Jean-François was zelf in het verleden naar Compostella gefietst en toonde bij het ontbijt trots zijn pelgrimspaspoort. Hij had zelfs een landkaart erbij gepakt waarop zijn gefietst route stond uitgestippeld. Meteen schoot het me te binnen dat ik nog helemaal niet over een stempel gesproken had hier en kreeg prompt een stempel in mijn eigen paspoort geslagen.

Toen ik om negen uur wilde vertrekken sprak ik Bruno nog even, waarna ik afscheid nam van dit gastvrije gezin. Jean-François stond er op om een stukje mee te lopen om mij de juiste richting te wijzen en stopte nog snel een lunchpakket in mijn rugzak. Ik vertelde hem dat het buiten regende, dat ik de weg wel wist omdat ik mijn route al had uitgestippeld en dat het echt niet nodig was, maar hij stond er op het eerste stukje toch mee te lopen. Nou vooruit dan maar, kan ik nog even wat Frans oefenen. Volgens buienradar zou het na een half uurtje droog worden, dus ik koos ervoor om mijn regenjasje aan te trekken, de regenhoes zat al over mijn rugzak, en heb de poncho toch maar in de rugzak gelaten. Hopelijk geen verkeerde keuze. 

Zigzaggend liepen we vervolgens Boult-sur-Suippe uit en het toeval wilde dat we onderweg ook nog Marie-Odile in haar autootje tegen kwamen, die op de terugweg was van de kinderen wegbrengen. Ze stopte en even hebben we nog wat gekletst, waarna ik weer verder liep, nog steeds achter Jean-François aanlopend. 

Onderweg vertelde Jean-François honderduit over de omgeving. Toen ik vertelde dat het me was opgevallen dat er erg veel bietenvelden in deze omgeving te vinden zijn en dat ik had vernomen dat er in Bazancourt een suikerfabriek was, vertelde hij dat er naast die suikerfabriek meer bedrijven stonden die met agricultuur te maken hadden. Naast graanverwerking werd er ook biochemische brandstof, ethanol, gewonnen uit luzerne (soort kalver). In Bazancourt is een landbouwuniversiteit gevestigd, waar ingenieurs onder andere steeds nieuwe onderzoeksmethoden uitproberen om zoveel mogelijk uit de landbouwproducten te kunnen halen, met zo weinig mogelijk afval. Het restproduct wordt weer gebruikt voor andere doeleinden, zoals de cosmetische industrie.

Na twee kilometer in de matige regen gelopen te hebben nam ik afscheid van Jean-François, bedankte hem nogmaals voor het geweldige onthaal en ging alleen verder. De weg was vanaf hier alsmaar rechtdoor, nog vijftien kilometer, dat kon niet verkeerd meer gaan. Na een goede vijftig meter hoorde ik in de verte nog een “Bon Courage” schallen en toen ik omkeek stonden Jean-François en Maria-Odile me samen na te zwaaien, wat een lieve mensen zijn dat toch. Telkens sta ik er versteld van dat er nog zulke mensen zijn. Mensen die een wildvreemde voor één dag in hun huis opnemen en als een deel van hun familie zien, hem toestoppen met lekker en gezond eten en drinken en hem een warm bed gunnen omdat hij er morgen weer tegenaan moet. Ik had dit vooraf niet durven hopen en ben hier dan ook heel erg dankbaar voor. Wat gastvrijheid met mensen kan doen. Ik wordt er in ieder geval door geraakt en het maakt me erg blij en gelukkig. 

Onderweg naar mijn eindbestemming, Reims wordt het vandaag, veranderde het landschap nauwelijks. Zover als je kon kijken akkerbouw, erg grote kavels hier in de graanschuur van Frankrijk, zo zie je ze in Nederland niet. Alleen de glooiingen werden minder en minder tot het nagenoeg vlak werd. Na een klein uurtje hield het op met regenen al bleef het nog wel grijs. In vergelijking met gisteren toen de donkere wolken dreigend voorbij trokken, was het nu heiig en mistig zodat het zicht beperkt bleef tot een goeie twee- driehonderd meter. In dat kleine wereldje zocht ik mijn pad over het glibberige parcours. Het viel niet mee mijn weg te banen over de lemen paden, waarbij ik, als ik niet weg gleed, telkens werd vastgezogen door de modder. De hevige regenval had het traject volkomen veranderd en ook mijn schoenen, gamaschen en broek zagen er smerig uit. Overal van die witte crèmekleurige drek, er was geen doorkomen aan. Ondanks dat de etappe niet zo lang zou zijn, maakte de omstandigheden er vandaag toch een zware van.

Ik was tegen één uur in Reims, waar ik eerst een barretje opzocht voor een lekker warm kopje koffie, waarbij ik mijn lunch opat. Omdat ik me pas vanaf twee uur in de kathedraal kon melden voor een stempel toog ik eerst nog maar even naar de “Office-de-Toerisme” voor wat informatie over de stad. Morgen zal ik hier een rustdag nemen dus vroeg ook even een plattegrond. Toen mij werd gevraagd of ik al een slaapplaats had in Reims, zei ik dat ik die nog eentje zocht. Vervolgens wilde ze voor mij wel even naar de jeugdherberg bellen, maar toen bleek dat deze helemaal vol zat wilde ze ook wel even naar een hotel bellen. Ik bedankte vriendelijk voor de eer omdat ik wist dat in de kathedraal mensen van het Franse genootschap zouden zijn die pelgrims zouden helpen met het vinden van onderdak. Ik hoop daar wel een plaatsje voor de komende nachten te kunnen vinden. Even later toog ik naar de kathedraal, de zetel van de bisschop. Wat een mooi gebouw en wat groot. Morgen zal ik op mijn rustdag dit allemaal eens goed gaan bekijken. In de kathedraal trof ik mensen van het genootschap, die mijn pelgrimspaspoort voorzagen van een hele mooie stempel. Toen ik aangaf dat een slaapplaats in de jeugdherberg niet zou gaan lukken omdat die vol zou zijn, zij de meneer dat dit niet kon. In de jeugdherberg zijn namelijk altijd plaatsen gereserveerd voor pelgrims. Vervolgens belde deze meneer voor mij naar de jeugdherberg en claimde een kamer, waar ik dankbaar gebruik van heb mogen maken. Het bleek een tweepersoonskamer te zijn die ik heb gedeeld met een medepelgrim. Samen hebben we s’avonds nog wat gegeten in de stad om vervolgens het bedje maar weer op te zoeken. Eens kijken morgen wat deze stad allemaal te bieden heeft. Mijn benen zijn toe aan een beetje rust al zal het geslenter door de stad ook wel merkbaar zijn. Op tijd met de benen omhoog dan maar.

8 Reacties

  1. Pauline:
    15 mei 2018
    Verrukkelijk Reims. We waren er vorig jaar een paar dagen. Neem je rust vandaag en geniet.
  2. Truus van dooren:
    15 mei 2018
    hallo orne he he wat zul je morgen blij zijn met je vrije dag maar je bent al goed op weg geniet er vandan kun je morgen weer verder groetjes moeder
  3. Henny Vosters:
    15 mei 2018
    Geweldig orne. Ik vind je verhalen erg leuk. Ga er voor man💪
  4. Maria Franssen:
    15 mei 2018
    Heb genoten van je verhaal. Het heel herkenbaar. Ook ik was telkens weer verbaasd over de gastvijheid en het vertrouwen dat je krijgt. Ik wens je een mooie dag on het mooie Reims. Buen Camino
  5. Marian en Wim Brundel:
    15 mei 2018
    Orne geniet van Reims dit was het eindevan onze eerste etappe.
    De moder en de leem is zo herkenbaar ook de jeugdherberg hier hebben wij twee keer geslapen.
    Ga morgen de champagne streek in prachtig dedruiven velden. En geniet van al de lieve franse gast gezinnen dit kom je allleen maar tegen als jij de Camino loop.
    Nog veel succes verder.
  6. Anjo:
    15 mei 2018
    Aan de champagne Orne !!
  7. Kees Hermans:
    15 mei 2018
    Morgen geen reisverhaal dan. Oh!!!
    Nou ja dan maar een dagje wachten , zucht
  8. Karin:
    15 mei 2018
    Hoi Orne, we volgen je verhalen dagelijks en zijn erg onder de indruk van hoe he alles aanpakt en mooi verwoordt. Is echt genieten om je te volgen!! Liefs Karin en Cees