Dag 33: van Nevers naar Augy-sur-Aubois (41,1 km)

1 juni 2018 - Augy-sur-Aubois, Frankrijk

Zwaarbewolkt, max. temp 23º

Vandaag 41,1 / Totaal 839,1 kilometer

Vanmorgen werd ik na een goede nachtrust om zeven uur wakker door de kwakende kikkers die in de vijver nabij de pelgrimsherberg hun vertier hadden. Samen met Bernard heb ik ontbeten en nadat we alles hadden opgeruimd en onszelf klaar hadden gemaakt voor vertrek was het weer tijd om afscheid te nemen, deze keer echter definitief. Bernard, een gepensioneerde professor uit de Elzas, volgt samen met zijn border-collie Luna vanaf hier een andere route. Ze gaan nu eerst noordwaarts om zo de route van Bourges naar Vézelay terug te lopen. Na een ferme handdruk namen we afscheid en wensten elkaar het beste voor de toekomst.

Voor mijzelf had ik vandaag ook een keuze, wat routes betreft. Ik volg nu de route Nevers-Saint-Amad-Montrond en had ervoor gekozen om de variant via Augy-sur-Aubois te nemen. In Augy zal ik overnachten in de pelgrimsherberg “Nos Repos” die van een voor mij bekende Nederlander is. Met René Heinrichs, die de herberg samen met zijn vrouw Hannie bestierd, heb ik tijdens mijn voorbereidingsdagen in “Huize Beukbergen” veel gesproken over mijn pelgrimstocht en ik had hem toegezegd zijn herberg aan te zullen doen als ik in de buurt ben. Nou dat ben ik nu, dus ik zal er maar eens langs gaan. Toen ik mezelf gisteren telefonisch aankondigde hoorde ik dat René en Hannie momenteel niet aanwezig waren in de herberg, maar dat vrijwilligers er mij zouden ontvangen.

Onder een donkergrijze bewolkte lucht verliet ik Nevers. De afgelopen nacht heeft het blijkbaar veel geregend, want de wegen waren erg nat en overal lagen nog flinke plassen water. Gelukkig was het wel droog en zo liep ik al na een kleine kilometer in de natuur over smalle zandpaadjes langs de oever van de Loire. Het tot aan mijn middel hoge natte gras zorgde ervoor dat ik binnen een mum van tijd doorweekt was. Na een kilometer of zeven, bij Gimouille, liep ik over een aquaduct waarmee het “Canal Latéral à la Loire” over de rivier de “L’Allier” werd gevoerd. En een honderd meter verderop vloeide de Allier in de Loire. Het was hier eventjes een erg waterrijke omgeving wat je niet dagelijks ziet. Bij dit knappe kunstwerkje heb ik even staan kijken, ik stond er versteld van hoe mensen dit ooit zo hebben kunnen bedenken en het dan nog maken ook. Met meerdere sluizen worden de binnenvaartschepen omhoog gebracht waarna ze over het twaalf meter hoge aquaduct worden gevoerd. Met het oversteken van de rivier de Allier liep ik ook het departement Nièvre uit en kwam zo in de Cher. 

Vervolgens liep mijn route langs de rivier L’Allier, die de natuurlijke grens tussen de departementen Nièvre en de Cher vormde. Zo kwam ik in Apremont-sur-Allier, wat zomaar onderdeel van de Efteling had kunnen zijn. Kleine door klimop begroeide gezellige huisjes met torentjes, kronkelige straatjes met mooi aangelegde tuintjes met veel buxus-, taxus- en beukenhagen en een groot kasteel op de heuvel boven het dorpje. Dit, in Anton Pieck stijl gebouwde, kleine dorpje nodigde me echt uit voor een tussenstop. Ik liep er even naar de Mairie voor een stempel, maar helaas was die gesloten. Een vriendelijke aardige gemeentewerker van de plantsoenendienst zag me staan en wilde me wel even helpen. Hij nodigde me uit om met hem mee te lopen en even later sloeg hij, gezeten op de burgemeestersstoel, een mooie stempel in mijn pelgrimspaspoort.

Blij liep ik even later weer verder, dit pittoreske dorpje achterlatend en met een stempel ervan rijker. Er stond nu een lang saai stuk voor de boeg. Ruim tien kilometer over de D76, door het bos “Forêt d’Apremont”. Vooral over een D-weg vond ik dat wat minder, gezien de gebeurtenissen met Alain van enkele dagen geleden nog vers in mijn achterhoofd. Gelukkig bleek deze weg niet zo’n erg drukke te zijn en er is zelfs geen vrachtverkeer gepasseerd terwijl ik er liep. Wel was het onderweg toch goed opletten, maar die enkele auto’s die ik tegenkwam reden niet al te hard. Het was wel een bijzonder bos, het was er aarde donker en met de erg grijze lucht van vandaag leek het net alsof de nacht elk moment in kon treden. Blij was ik dan ook toen ik een twee uur later Grossouvre binnenliep. In het kleine café/winkel/huiskamer van een erg oud besje genoot ik van mijn koffie, waar ook nog een Frans echtpaar hun lunch gebruikte, die in een hoekje hun rugzakken hadden staan. En zoals het onder pelgrims nou eenmaal gaat was er al snel een conversatie aan de gang, waarbij ik van het echtpaar een half stokbrood kreeg. Als pelgrim neem je natuurlijk alles aan en toen de Fransman voorstelde mij nog een kopje koffie aan te bieden, zei ik natuurlijk geen nee.     

Na deze gezellige stop vervolgde ik mijn weg over het jaagpad van het “Canal du Berry”. Door het hoge gras en de vele wilde bloemen wemelde het er van de vlinders en libellen. Vooral deze helikoptertjes vlogen voor me uit van bloem tot bloem. Ook zag ik vette karpers in het kanaal zwemmen, die af en toe boven de waterspiegel een vliegje vingen en op het moment dat ik hem passeerde haalde een Franse sportvisser juist zo’n grote jongen op het droge. 

Met nog een korte tussenstop in het plaatsje Sancoins liep ik verder langs dit kanaal tot ik in Augy-sur-Aubois op mijn eindbestemming aankwam. 

Het was vandaag veel kilometers wandelen langs rivieren en kanalen, waardoor het parcours vrijwel vlak was. Vooraf werd ik al gewaarschuwd dat dit een saai stukje kon zijn, maar dat vond ik helemaal niet. Het was weer eens wat anders dan het lichte heuvellandschap waar ik de laatste dagen doorheen ben gelopen. En het weer heeft ook niet tegen gezeten. Al was het de hele dag grijs, het is wel droog gebleven tijdens mijn wandeltocht. En wonderwel kwam het zonnetje nog even gedag zeggen toen ik de pelgrimsherberg binnen ging. Ik werd er warm onthaald door Monica, die samen met haar ouders de afgelopen twee weken de pelgrims heeft ontvangen. Morgen zullen ze worden afgelost, waarna ze naar huis gaan. Na een lekker koud pilsje en mijn dagelijkse wasje heb ik op het terras nog enkele uurtjes in het zonnetje kunnen genieten van het geweldige uitzicht, tot de ondergaande zon er een einde aan maakte. Het eten wat Monica had gemaakt was overheerlijk en de vele extra groenten deden me zichtbaar goed.

Nog tijdens het avondeten kwam de aflossing achterom gelopen, die vanmorgen vanuit België waren vertrokken. Marie-Louise, die vanaf morgen de herberg twee weekjes gaat runnen, werd gebracht door haar man, die zelf niet zo’n wandelaar bleek te zijn. Genietend van de ondergaande zon met een lekker bakkie leut hebben we gekletst over van alles en nog wat, maar vooral over de Camino en het pelgrimeren en wat dat met mensen doet. Het enthousiasme waarmee Marie-Louise over pelgrimeren vertelde sprak boekdelen; Als je er eenmaal aan gesnoven hebt kun je het niet meer loslaten. Nou voorlopig hou ik het maar bij deze pelgrimstocht, maar wie weet wat de toekomst allemaal nog zal brengen.

4 Reacties

  1. Elza:
    2 juni 2018
    Hoi Orne. Gaat lekker, lees ik. Ik zal ook Nos Repos aandoen over een paar dagen. Bon Camino.
  2. Pauline:
    2 juni 2018
    meegenieten met jouw dagen, dank je wel
  3. Michel en Adrie Florie:
    2 juni 2018
    Ruim een maand onderweg en al meer dan 800 km gelopen. Respect hoor Orne. Heel leuk om je blog elke dag te lezen. Wens je het allebeste met het onderweg zijn.
  4. Hélène Maas:
    2 juni 2018
    Mooie verhalen Orne.
    Fijn om je op deze manier te kunnen volgen.
    Veel succes met het vervolg van je tocht.
    Groetjes uit Bladel