Dag 64: van Osserain naar Ostabat (24,5 km)

4 juli 2018 - Ostabat-Asme, Frankrijk

Licht bewolkt, max. temp 28º

Vandaag 24,5 / Totaal 1635,8 kilometer

Tijdens de nachtrust ben ik enkele keren wakker geworden van de warmte, in het huis van Pascal wilde het maar niet afkoelen, terwijl wel de grote ramen geheel open stonden. Desondanks werd ik om zes uur wakker met een uitgerust gevoel, voorzover dat mogelijk is, want wat is nou eigenlijk vermoeidheid. Ja, mijn benen voelen vermoeid aan, maar dat doen ze al bijna twee maanden, maar in mijn hoofd is de vermoeidheid helemaal weg, daar ben ik enorm fris en kan de hele wereld weer aan. Nog even wat mijn benen betreft; als ik eenmaal aan het wandelen ben schakelen ze direct in de “automatische piloot” en zit het tempo er weer goed in. Het meeste last heb ik van mijn voeten na een bepaalde afstand, zeg maar mijn dagelijkse “kritische grens”. Bij erg warm weer ga ik ze na 20 à 25 kilometer voelen en bij normale weersomstandigheden na ongeveer 30 à 35 kilometer. Het lopen wordt dan pijnlijk en gaat dan telkens wat moeizamer, maar de volgende dag heb ik er geen last meer van, ......... tot ik weer aan de kritische grens van het aantal kilometers kom. Blaren heb ik overigens nog niet, nog steeds niet, laat dat zo nog maar even blijven.

Om half zeven zat ik, samen met Robert, Sjoerd en Luc aan de ontbijttafel, die Pascal met de nodige zorg had klaargezet. Voor Franse begrippen was het een uitgebreid ontbijt, zo had ik het nog niet zo vaak meegemaakt. Stokbrood, cake, koekjes, yoghurt, gekookt eitje, koffie, jus-d’Orange en verschillende eigengemaakte confituren, dat alles zorgde er weer voor dat ik goed gevuld op pad kon gaan. Terwijl we zo zaten te eten kwam Pascal erbij zitten en vertelde honderduit over het Baskenland, je kon merken dat hij enorm trots was een Bask te zijn en zijn hart lag meer bij Spanje dan bij Frankrijk. Ook was hij erg fanatieke in de Baskische balsport “Pelota Vasca”, een balspel dat lijkt op het Friese kaatsen. Tegenover zijn huis  bevindt zich een frontón (kaatsmuur) waartegen dit spel gespeeld kan worden, in een ministadion geheel met tribunes er om heen. We luisterden alle vier aandachtig naar de verhalen van Pascal, een alleenstaande zorgzame oudere man in een groot vrijstaand huis met een fruit- en groententuin. Ik zag dat hij inmiddels al meer dan honderd pelgrims dit jaar had ontvangen en met zijn zorg zullen die allemaal wel in de watten zijn gelegd. Zo had hij voor ons vieren gisteren ook nog even een slaapplaats geregeld voor vanavond, nadat hij ons had afgeraden naar de herberg te gaan die we in eerste instantie hadden gepland. Nu gaan we naar een herberg, waar de herbergier tijdens de avondmaaltijd Baskische liederen zingt, ik ben benieuwd, het zal wel weer een gezellige bende worden. 

Even voor half acht nam ik afscheid van de trotse Pascal en bedankte hem voor alle goede zorgen. Met een ferme handdruk en kus op mijn wang wenste hij me nog een “Bon Route”, waarna ik alleen vertrok, de andere drie pelgrims zal ik sowieso op de eindbestemming zien, en wellicht ook wel ergens onderweg tijdens een rustpauze. Toen ik, met lichte bewolking, Osserain verliet liep ik al weer direct in een bosgebied, waar het meteen flink omhoog ging. De temperatuur was met zestien graden ideaal, maar het bospad was glibberig en glad en er werden wegomleggingen aangegeven voor de pelgrims, om toch veilig hun weg te kunnen volgen.  Ik passeerde een markante ‘grenssteen’ die de grens tussen de provincies Béarn, Navarre en Soule aangaf waarna ik het bos weer uitliep. Via de gehuchtjes “Sussaute” en “Suhast” kwam ik na elf kilometer aan in “Saint-Palais”, een grotere plaats waar ik een lange pauze hield. Er was volop bedrijvigheid in deze plaats, veel winkelend publiek en terrassen vol mensen. Onderweg zag ik diverse fruitbomen langs de route staan, waar kaartjes aan hingen. toen ik de kaartjes las bleek dat deze fruitbomen speciaal voor de pelgrims geplaatst zijn, zodat ze het fruit, als dit rijp is, kunnen plukken en eten. Helaas waren de kersen op en de rest van het fruit nog niet rijp genoeg, maar toch erg mooi te zien hoe hier in de omgeving de pelgrims in de watten worden gelegd. Ook zag ik dat alle plaatsnaambordjes, voordat je een dorpje inloopt, tweetalig zijn, Frans en Baskisch. En Pascal is niet de enige, de meeste mensen hier zijn er trots op een Bask te zijn en hebben meer iets met Spanje. De huizen in deze omgeving zijn allemaal wit en hebben rode daken, luiken en kozijnen. Alles in dezelfde kleuren siert de dorpjes en het straalt iets aparts uit.

Terwijl ik in “Saint-Palais” op het terras zat zag ik de andere pelgrims weer voorbijkomen, eerst Michel en Kimiko, die ook naar Ostabat gaan, en later de andere drie. Sjoerd wist nog even snel te vertellen dat er vanmiddag noodweer dreigde, zo rond de klok van vier uur, dus daar gelieve rekening mee te houden, zei hij. Dat zal ik dan ook maar gaan doen.

Na de pauze ging ik weer op pad voor het tweede deel van vandaag, dit gedeelte ging langzaam bergop. Net voordat ik aan een grote klim ging beginnen passeerde ik het punt waar de drie grote pelgrimswegen, waarover in de 12e eeuw al werd geschreven door Aimery Picaud, bij elkaar komen en samen als één route verder gaan naar het zuiden. De “Stéle-de-Gibraltar” markeert de samenkomst van deze wegen, die komende vanuit Tours, Vézelay en Le Puy vanaf hier samen via het Spaanse Ronceveaux (Roncesvalles) naar Santiago de Compostela leiden.

Meteen na de “Stéle-de-Gribaltar” begon ik aan een klim, de eerste heuse klim tijdens mijn pelgrimstocht, maar er zullen er nog meerdere en zwaardere volgen. Toch mocht deze er ook wel zijn. Na ongeveer twee kilometer klimmen, over een in leisteen en rotsen uitgehakte natuurlijke weg, bereikte ik boven op de top het “kappelletje van Soyharce”. Ik zag er meteen zeven ‘vreemde pelgrims’ die daar ook rust hielden, het waren Amerikanen en Ieren en ze bleken vanaf de route van Le Puy te komen, het wordt toch drukker op de pelgrimswegen. Boven bij het kapelletje heb ik wederom een ruime pauze gehouden, ik had immers tijd genoeg, het was net twaalf uur geweest en er resteerde mij nog maar een goeie vijf kilometer oftewel een kleine uurtje. Het uitzicht was er geweldig, alleen jammer dat de hoge bergpieken van de Pyreneeën door de lage bewolking en mist niet te zien waren. Toch viel er veel te zien, zo zag ik enkele gieren en slechtvalken rondvliegen en onderweg, terwijl ik omhoog liep passeerde ik enkele koeien die voorzien van koeienbellen vrij liepen te grazen op de berghellingen. gedurende deze pauze had ik een heel serieus gesprek gevoerd, waarna ik om kwart over twee weer verder trok. In de verte zag ik de donkere wolken al aan komen drijven en de wind kwam ook wat opzetten, wind veel wind en het weer veranderde in een handomdraai. Even flink doorstappen dan maar, zodat ik hopelijk toch nog op tijd bij mijn eindbestemming zal aankomen. Het  traject ging even flink op en af en via het gehucht Harambeltz kwam ik in Ostabat aan, een erg klein dorpje waar enkele boeren wonen. Verder moet de bevolking het hier hebben van de vele pelgrims die er passeren, want iedereen die te voet naar Saint-Jean-Pied-de-Port loopt, komt hier voorbij. Vandaag heb ik zo’n vijfentwintig pelgrims gezien onderweg, dat zijn er al zo’n twintig meer dan die ik de afgelopen maanden onderweg op één dag tegenkwam. Het wordt dus inderdaad drukker op “Le Chemin”.

Zoals ik al eerder vertelde had Pascal voor ons vieren een slaapplaats gereserveerd in een herberg. Het was de pelgrimsherberg “Izarrak” in Ostabat, die plaats bied aan negentien pelgrims en alwaar ik om even over drie arriveerde. Ik werd er hartelijk ontvangen door de gastvrouw en gastheer. Samen met Sjoerd, Luc en Robert had ik een vierpersoons kamer. Verder waren er nog een groep van een tiental andere pelgrims die van de pelgrimsroute vanuit Le Puy kwamen. Deze groep was een gevarieerd gezelschap, geweten, een Zweed, twee Duitsers, een Zwitserse, een Ierse, drie Canadezen, een Australische en een Fransman. Nadat ik me had geïnstalleerd kwamen ook Sjoerd en Luc aanlopen en het wachten was nog op Robert. Ondertussen werd het buiten steeds donkerder en de donder die in de verte klonk kwam steeds dichterbij. Toen het begon te regenen heb ik Robert toch maar even gebeld, waar hij bleef. Hij bleek een afslag gemist te hebben en was verdwaald, hij zat ergens bij mensen thuis maar wist niet waar hij naar toe moest. Met een beetje bemiddelen heb ik hem wat gegevens gegeven, waarna hij met de auto naar ons onderkomen werd gebracht. Ondertussen gutste buiten de regen eruit en ook de donder en bliksem lieten van zich horen. Het werd stormachtig, maar gelukkig zaten we hoog en droog en konden we lekker genieten van de Leffe, die we meenden verdiend te hebben vandaag.

Om zeven uur hadden we een gezamenlijk diner, waarbij de herbergier ons animeerde met gezongen Baskische liederen. Helaas kon er niet op gedanst worden, want dat had ik zo graag gedaan. Het eten was voortreffelijk en nadien kwam de herbergier nog een keertje zijn zangkunsten laten horen, waarna ieder land een lied moest/mocht zingen. Gelukkig hadden wij Nederlandser Sjoerd in ons midden. Sjoerd zingt in een Amsterdams Slavisch koor en met het liedje “het kleine café aan de haven” was de toon gezet. De gezelligheid zat er meteen in en tot half tien hebben we nog nageborreld, waarna het weer tijd was om de rust te gaan pakken. Toen ik nog even op mijn balkon zat te genieten van het prachtige uitzicht, met op de achtergrond de muziek van Rammstein, dacht ik nog even terug aan die prachtige dagen die ik in Frankrijk heb mogen beleven. Wat een prachtig land, wat een hartelijke mensen, wat een belevenissen en wat een leuke contacten heb ik er aan overgehouden, ik had het voor geen goud willen missen.

Morgen de laatste etappe in Frankrijk, naar Saint-Jean-Pied-de-Port, waarbij ik onderweg wel weer meer pelgrims zal gaan ontmoeten. Ik ben benieuwd hoe het er daar aan toe gaat, heb er al veel van gehoord en zal straks in Spanje waarschijnlijk snel snakken naar de heerlijke rust van het wandelen in mijn zo geliefde Frankrijk. Maar nu is mijn doel Santiago en daarna Finistèrre, en Spanje zal ongetwijfeld ook weer veel moois met zich meebrengen.

14 Reacties

  1. Toos:
    4 juli 2018
    Succes in het Spaanse stuk en fijn dat je zo'n goeie benen hebt😊😊
  2. Johan Temmerman:
    4 juli 2018
    Orné, Spanje komt nu wel heel kort bij. Realiseer je je wel dat je al bijna door 2 landen gewandeld bent. Een dikke pluim man. Ik las in je, weer puik geschreven, verslag dat je toch soms wat last hebt van de voeten. Verander je tijdens je dagelijks tocht ook van kousen? Ik deed dit wel tijdens de militaire marsen. Groetjes vanuit het, veel te warme, Herentals.
  3. Valentijn van Gent:
    4 juli 2018
    Veel plezier morgen met het laatste stukje Frankrijk! Muziek van AC/DC en Rammstein, ik wist niet dat je een hardrockende wandelaar was 🤘
  4. Ome Wiet:
    4 juli 2018
    Hoi Orné, Saint-Jean-Pied-de-Port geniet ervan, wel toeristisch maar wel echt gezellig, alsof je in een andere wereld bent gekomen. En dan op naar Roncevalles, de H. Mis en de zegening van de pelgrims is toch wel iets wat je bijblijft. Orné proficiat knap gedaan. Groeten van Ome Wiet.
  5. Pauline:
    4 juli 2018
    Heel Frankrijk te voet gedaan! Morgen een mijlpaal. Ik wens je en mooie dag morgen, een bijzondere dag
  6. Jan van Hees:
    4 juli 2018
    Ook ik ben een Frankrijk liefhebber daarom een variatie op een Frans gezegde: " Partir de France c'est mourir un peu ". Bonne route voor de laatste volledig Franse etappe.
  7. Anjo:
    5 juli 2018
    Beter geen blarenbal Orne.
    Geniet vandaag maar weer van de tocht.
  8. Jo:
    5 juli 2018
    veel succes nog in Frankrijk
    en heel veel loop plezier in Spanje
    iedere da je verhalen lezen geweldig mooi
  9. Marloes van Amelsfort:
    5 juli 2018
    Ik geniet nog iedere dag van je verhalen Orné. Wat een prachtig avontuur beleef je toch. Zo fijn om te lezen dat je je niet meer eenzaam voelt en dat je nu zoveel aanspraak hebt onderweg. Op naar Spanje! Buen camino
  10. Jos Verluyten:
    5 juli 2018
    Orne,

    je reisverhaal lezen behoort ondertussen tot de dagelijke routine en is een van de meest aangename en relaxte momenten van de dag; en nu je aan de stèle de Gibraltar gekomen bent, lees ik met nog meer aandacht je reisverslagen; ik kwam indertijd vanuit Le Puy en Velay en op die manier wandel je nu ook in mijn voetsporen en in die van talloze anderen. Het ga je nog heel goed en laat je niet overrompelen door de drukte die je vanaf Saint-Jean-Pied-de-Port gaat tegenkomen; het opent tegelijk ook een perspectief op vele, interessante ontmoetingen.
  11. Bart O:
    5 juli 2018
    Serieus!!!! je hebt gewoon heel Frankrijk door gewandeld. WTF!
    Oja, en passant ook België natuurlijk.
    Ik vind het met de auto al een hele prestatie.
    Diep en diep respect Orry.
    Gr Bart
  12. Henny Vosters:
    5 juli 2018
    KANJER 💪 ik kan niks anders zeggen.
  13. Elza:
    5 juli 2018
    Zo leuk, jouw verslagjes, Orne. Je gaat
    zo goed! Het is natuurlijk gezellig met al die pelgrims. Maar ik heb het idee dat je toch wel je eigen plan trekt zoals het hoort bij een pelgrimage. Je gast nu richting Pyreneeën en Spanje. Zal wel anders zijn...Bon Camino Pelgrim!
  14. Robert Breen:
    5 juli 2018
    Frankrijk doorlopen. Man wat een prestatie. Met een kaartwieltje is het al een eind. Knap Orry. Straks in het land van de tapas. Laat ze smaken...