Dag 74: van Belorado naar Atapuerca (32,3 km)

16 juli 2018 - Atapuerca, Spanje

Regen en bewolkt, max. temp 22º

Vandaag 32,3 / Totaal 1937,8 kilometer

Na de rustdag van gisteren ging ik vandaag weer op pad. De wekker liep al vroeg af, maar omdat het om vijf uur erg hard regende ben ik nog maar een half uurtje blijven liggen. Het was tien over zes toen ik vertrok, maar al na driehonderd meter begon het weer te gieten, zodat ik toch even ging schuilen onder een balkon van een woning. Terwijl ik daar zo stond kwamen er steeds meer andere pelgrims bij staan en na een kwartiertje wachten regende het minder, zodat ik er weer op uit trok. In de verte hoorde ik nog wel onweer, maar dat bleef gelukkig op een veilige afstand. Na een half uurtje hield het helemaal op met regenen en zo af en toe kwam er een voorzichtig zonnetje te voorschijn, die het echter later op de dag moest afleggen tegen de bewolking. Hierdoor liep de temperatuur niet verder op dan tot 22 graden, maar voor een wandeltocht is dat fijner dan de hitte van boven de 30 graden. 

Ik verliet Belgrado via een oude voetgangersbrug over de rivier de Tirón en na een klein uurtje lopen kwam ik aan in Tosantos. Het was er nog donker en daarom jammer dat ik de opvallende in een rots uitgehakte kapel moeilijk kon zien. Met de ochtendschemering in aantocht liep ik er tussen de graanvelden, over heuvelachtig terrein, waarboven in de verte het silhouet van de machtige kerk van San Esteban in Villambistia groots te voorschijn kwam. De zonsopkomst maakte het tafereel nog spectaculairder, want Castilië heeft een mooi maar ook ruig landschap dat zo kenmerkend is voor deze streek. Toen ik eenmaal in het dorpje was aangekomen zag ik dat de kerk in de loop der jaren erg was verweerd, maar hij doet nog wel steeds dienst en overheerst het plaatsje totaal. In het weekend schijnt het er wat drukker te zijn, maar doordeweeks woont het merendeel van de inwoners in Bilbao. In dit plaatsje nam ik even een rustpauze bij een barretje, alwaar ik ook mijn ontbijt had genomen. Ik ontmoette er enkele Canadese pelgrims, waarmee ik gisteren nog in de herberg gesproken had.  

Toen ik na deze pauze weer verder liep, kwam ik aan in Espinosa-del-Camino, een plaatsje met uitgestorven straatjes en rommelig gebouwde huizen die ooit weelderig moeten zijn geweest, maar nu afbrokkelen als klontjes suiker in de warme ‘cortado’. Toch maakte deze aanblik en het besef dat ik hier naar echte geschiedenis aan het kijken was, grote indruk op mij.

Toen ik het dorpje uitliep leidde een mooie landweg me naar de overblijfselen van een klooster van San Felices uit de achtste eeuw, waar volgens de overlevering de stichter van Burgos, graaf Diego Porcelos, begraven ligt. Er was niet veel meer van over, een erg oud vierkant gebouw, wat tussen de graanvelden stond en waar het gras bovenop groeide.

De gele pijlen stuurden me vervolgens zigzaggend naar Villafranca-Montes-de-Orca, en toen ik daar aankwam zag ik dat er nog maar weinig over was van de Visigotische Bisschoppelijke stoel van Auca. Vroeger had die namelijk hier gestaan, maar omdat het plaatsje in 1075 werd verwoest bij een aanval van de Moren, werd er een nieuw dorp gebouwd naast het verwoeste. Ze hadden het nieuwe dorp op de route van de Camino aangelegd, maar de bisschoppelijke stoel hadden ze verplaatst naar Burgos. 

Villafranca is sterk verbonden met de Camino en diverse middeleeuwse gidsen maken melding van de goede ontvangst die de pelgrim hier ten deel viel. De kerk van het dorpje is gewijd aan Santiago en ziet er na een recente restauratie weer prachtig uit.  

Via een steile helling achter de kerk en het hospitium door, liep ik naar de toppen van de “Montes de Oca”. Vroeger was dit een gevreesde etappe voor de middeleeuwse pelgrims vanwege de duizenden gevaren die er hier op de loer lagen. Bandieten en gespuis hielden zich schuil in de donkere bossen en overvielen met regelmaat van de klok de pelgrims. Vandaag de dag is de tocht door dit landschap veel eenvoudiger dan voorheen, maar daarom niet minder indrukwekkend. Met mijn gedachten in de middeleeuwen, liep ik er doorheen. In deze grote eikenbossen waaronder de varens weelderig groeiden, met de volledige afwezigheid van enig geluid, behalve dat van de vogels, dompelde ik me onder in een wereld die de eerste pelgrims hier ervaren moeten hebben. Op de top, op een open plek in het bos, zag ik er het klooster van San Juan de Ortega, een van de mooiste punten van mijn Camino tot nu toe. Als een buitenaardse ontmoeting, wacht deze gastvrije plaats te midden van de stilte en het niets, op al die pelgrims die er voorbij trekken. Dit plaatsje is vernoemd naar een priester met dezelfde naam, die samen met de heilige Domingo bruggen en wegen bouwde om pelgrims te helpen bij hun zware tocht door de “Montes de Oca”. Na zijn dood werd hij heilig verklaard en begraven in de kapel, wat later een kerk is geworden. In deze kerk werd ik verrast door een schitterend mausoleum, van de heilige. Een smeedijzeren hekwerk voorkomt dat men het kan aanraken. Op 21 maart en 21 september valt een zonnestraal precies op de “Maria-Boodschap” die in dit mausoleum is gehakt, wat door de dorpsbewoners “Het wonder van het licht” wordt genoemd.

Nadat ik hier ook een pauze had genomen ben ik verder gegaan en liep over een onverharde weg die de geul kruist van een oude spoorweg. Deze is er echter nooit gekomen, maar door de werkzaamheden werden wel de beroemde grotten van Atapuerca ontdekt. 

Via het plaatsje Agés kwam ik rond half twee aan in Atapuerca, waar na de ontdekking van de grotten prehistorische opgravingen hebben plaatsgevonden. Deze ontdekking betekende een revolutie in de archeologie en paleontologie, want zo werd het duidelijk dat er een miljoen jaar geleden al mensen in Europa aanwezig waren, veel eerder dan was aangenomen. De prehistorische opgravingen kunnen nu bezocht worden. Een van de meest aansprekende plaatsen is een grot met de “Beenderenput”, die al 400.000 jaar geleden werd gebruikt om de lichamen van doden in te begraven en waar talloze menselijke botten zijn gevonden.

Een andere wetenswaardigheid is dat in de directe omgeving van Atapuerca in 1054 de veldslag plaatsvond tussen de koning van Castilië en León en de koning van Navarra. Een “Menhir” herinnert aan deze strijd, waarbij de koning van Navarra het leven liet.

In Atapuerca bleef ik overnachten en zocht er de pelgrimsherberg op, alwaar ik door de hospita Monica welkom werd geheten. Met twee Spaanse pelgrims deelde ik er een kamer. Het bleef lange tijd rustig in de herberg, maar tegen half zes kwamen er toch nog meer pelgrims aanlopen, waardoor we met ongeveer 25 pelgrims in deze herberg bij elkaar waren.

Nadat ik wat boodschappen had gedaan voor morgen en het pelgrimsmenu had gegeten in een nabijgelegen restaurantje lag ik weer om negen uur onder de wol, om morgen vroeg weer tijdig fit te zijn. Wellicht ga ik morgen een oude bekende ontmoeten, iets wat ik na gisteren niet meer had verwacht. De Camino blijft je verrassen.

7 Reacties

  1. Henny Vosters:
    16 juli 2018
    Ongelooflijk. Topper💪💐💐💐💐💐💐💐
  2. Jos Verluyten:
    17 juli 2018
    Beste Orne,

    Atapuerca betekent dat je morgen in Burgos zal arriveren; dat is weer een mijlpaal op je lange caminotocht! Het is eigenlijk onvoorstelbaar dat je door telkens stap na stap te zetten ondertussen bijna 2 000 km hebt afgelegd. Heel, heel sterk, man!
  3. Michel en Adrie Florie:
    17 juli 2018
    We zien Santiago steeds dichterbij komen, nog ruim 500 km en bijna 2000 km afgelegd. Geweldig Orné. Succes verder.
  4. Anjo:
    17 juli 2018
    Veel plezier vandaag. Goed wandel weer en vooral blijven genieten.
  5. Jan van Hees:
    17 juli 2018
    Een beetje jaloers op uw camino ben ik vanmorgen maar eens naar Vessem getogen om daar, in het kader van de Grensparkwandelingen, een mini-camino te gaan lopen. In geen verhouding natuurlijk en al helemaal geen Burgos met zijn prachtige kathedraal in het zicht. Maar toch lekker 'n eindje gewandeld en na afloop in de Jacobushoeve een kop koffie gaan drinken. Vandaaruit buen camino voor vandaag en het vervolg van uw tocht.
  6. Carin luijten:
    17 juli 2018
    Ola orne supergoed bijna 2000 km ik doe het je niet na toppertje neef. En ken je al een beetje spaans. Buen camino. Hou vol zo.
  7. Marian en Wim Brundel:
    17 juli 2018
    Besre Orne wij zijn een beetje jaloers op jou wat de temperatuur betreft wij lopen de Nijmeegse vierdaagse heel warm en erg droog ongeveer 29 graden maar heel leuk om met jou mee te lezen. Nog veel plezier en succes verder.