Dag 5: van Scherpenheuvel naar Orsmaal (26 km)
Perioden met zon, max. temp 19º
Vandaag 26 / Totaal 115,5 km
Gisteravond heb ik nog enige tijd gesproken met pater René, een van de paters van het onthaalcentrum. Behalve pater René zijn er nog maar drie andere paters, de overste pater Michel, pater Freddy en pater André die de bedevaarders ontvangt.
Dat hier veel bedevaarders komen wist ik al wel, het is een hele Mariaverering waar de commercie ook de vruchten van probeert te plukken. Want zoals ik gisteren ook al zei; Scherpenheuvel is bekend als “Het Jerusalem van de Lage Landen”. Scherpenheuvel is 400 jaar oud en is even lang een bedevaartsoord. De oorsprong ligt bij een boom met een Mariabeeld op een flinke (scherpe) heuvel in het Brabantse landschap. Begin 17e eeuw gebeurden er wonderen, veel wonderen. Alles wat men niet kon verklaren deed men af als een mirakel, blijkbaar was men in die tijd nog niet zo slim. Er waren zelfs zo veel mirakels dat het Mariabeeld in de boom op de scherpe heuvel de aandacht trok van de erg gelovige katholieke aartshertogen. We zitten midden in de Tachtigjarige Oorlog, de traditionele patronen zijn verdwenen, bedevaartplaatsen ten onder gegaan en relikwieën vernietigd. De devotie van de aartshertogen leidde ertoe dat er een nieuw volwaardig bedevaartsoord werd gebouwd, niet zomaar een Bedevaartskerk, maar een in een versterkte stad. Helemaal passend in de contraformatie in de strijd tegen het protestantisme en de Republiek van de Verenigde Provincien. Voor de aartshertogen zijn de wonderen het bewijs dat zijzelf, en dus de katholieke kerk, het bij het rechte eind hadden. Voor de protestanten daarentegen zijn Scherpenheuvel, de wonderen en Mariadevotie alleen maar een steen des aanstoots. Er wordt een Imposante Basiliek gebouwd wat een totaalkunstwerk van een versteend manifest van de katholieke leer is geworden. Al snel trekken er tienduizenden mensen per dag van heinde en verre naar Scherpenheuvel om er te bidden en te smeken bij het Mariabeeld. Ook vandaag de dag komen er dagelijks veel bedevaartgangers, waar de horeca ook aan verdiend. Rond de basiliek staan veel kraampjes met devotie- en andere prullaria zoals speelgoed en snoep. Doordat de bezoekersaantallen alsmaar minder worden verdwijnen er ook steeds meer van deze kraampjes.
Na een goede nachtrust, was ik (zoals zo vaak) weer eens vroeg wakker, ik zat om 07:50 uur al aan het ontbijt, wat werd verzorgd door pater André. De rugzak weer helemaal gepakt en eigenlijk klaar om te vertrekken. Pater André liet me nog een lunchpakketje maken, zodat ik er onderweg tegen kon. Na het ontbijt kwam pater René nog even gedag zeggen en van pater André kreeg ik nog de zegen mee, waarna ik vol goede moed op pad ging.
Om terug op de Visa Monastica te komen had ik twee opties. Of via Diest of doorsteken en bij Ransberg terug op de route te komen. Ik koos voor dat laatste, want de tocht zou lang genoeg worden. Langer dan dat ik voorheen had gelopen, 26 kilometer stonden op het programma, met Orsmaal als eindbestemming. Met die doorsteek was ik in de veronderstelling dat ik weer veel langs doorgaande wegen zou gaan lopen, maart niets is minder waar. Mooie glooiende veldweggetjes en kronkelpaadjes die geleidelijk heuveltje op en af gingen. Het landschap gaf me mooie panorama’s terwijl ik over de holle wegen door de boomgaarden verder trok. Die boomgaarden bestonden vaak uit fruitbomen, zoals kersen, appels en peren, waarvan de bloesem er al bijna geheel vanaf is. Ik voelden me goed en het tempo was oké, ik had zeeën van tijd en met mijn nieuwe motto “Festina Lente” had ik de dag weer in drieën gedeeld. Drie afstanden van ongeveer anderhalf uur lopen met ruime rustpauzes. Dat blijf ik de komende dagen volhouden. Het weer was anders dan de vorige dagen, al vrij snel merkte ik dat het warmer en warmer werd. Na anderhalve kilometer was ik al gestopt om wat kleding uit te trekken. Liep ik weer verder met alleen nog maar in een wandelshirt en t-shirt en het was nog maar kwart voor negen. Na een goed half uur lopen merkte ik dat ik de sleutel van mijn kamer van het onthaalcentrum in Scherpenheuvel nog in mijn broekzak had zitten. Verdorie wat nu? Teruglopen zag ik niet zo zitten, maar die sleutel weg gooien wilde ik al helemaal niet doen. Misschien dat ik hem op kan sturen, of weet mijn volgende slaapadres een oplossing. Zal vanavond wel even contacten met de paters, wat ze willen. Na vijf kwartier kreeg ik een cadeautje, laat ik nou net een schommelbank tegenkomen die lekker in de schaduw boven op een heuveltje staat met een schitterend uitzicht. Daar ga ik even rust pakken en voor “ne goeie” zoals ze bij ons zeggen. Of het toeval was weet ik niet maar net toen ik op dat bankje zat kreeg ik enkele berichten van Heidi op mijn telefoon binnen. Ze vroeg hoe het met me ging, of ik al tegenslagen gehad had. Ook vroeg ze of ik al pauze had, omdat ze wist dat ik de dagen voortaan in drie delen deel. Zo appten we even over en weer, tussendoor probeerde ik een overnachting voor morgen geregeld te krijgen, maar er werd niet opgenomen. Straks nog maar eens proberen. Na een ruime pauze van wel drie kwartier liep ik weer verder. Ik was nog maar vijf minuten onderweg toen ik weer een berichtje van Heidi kreeg. Ze zat bij haar vader mijn blog door te nemen en wilde weten waar ik was. Ik liep op dat moment net het dorpje Assent binnen dus stuurde haar een fotootje van het bord “bebouwde kom”, waarna ik het geluid van mijn telefoon afzette. Zal daar toch eens wat betere afspraken over gaan maken. Vrolijk liep ik weer verder met de gedachten bij thuis. Juist op dat moment zag ik een grijs busje mij tegemoet rijden wat vaart begon te minderen. Ik zag nog dat het busje een Nederlandse kentekenplaat had en dacht meteen; Ojé die gaan mij de weg vragen en die ken ik niet. Aan de bijrijderskant ging een raampje open en een nozem met zonnebril sprak me amicaal aan. Ik moest er enkele seconden over nadenken alvorens “mijne frank” gevallen was. Toen die zonnebril van dat gezicht werd afgezet zag ik dat die nozem niemand minder was dan mijn eigen teamleider Peter en de bestuurder van de bus was mijn collega Henrie. Ze stapten uit de bus en ik vroeg hoogst verbaasd wat ze kwamen doen. Toen daarna de schuifdeur van het busje ook nog open ging en daar nog enkele andere collega’s zaten, Claudia, Henk, John en Olav had ik al wel een klein vermoeden wat ze kwamen doen. Het mooiste was echter dat ze ook Heidi mee hadden genomen. Ik ben nog maar vijf dagen van huis en nu sta ik weer oog in oog met mijn eigen vrouw, dat had ik zondag nog niet kunnen bevroeden. Het hele geapp over hoe het met me ging, waar ik was en zo bleek één groot complot te zijn. Een complot wat al voor mijn vertrek is beraamd. Wat is namelijk het geval. Vandaag, 3 mei, is het mijn 36 jarig ambtsjubileum, iets wat ik natuurlijk wel wist, maar er vandaag nog helemaal niet bij stil had gestaan. Voor militairen is 36 jaar dienstverband een mijlpaal, daar moet bij stilgestaan worden. Nou dat stilstaan is inderdaad het geval geworden. Ik had verwacht dat dit moment wel uitgesteld zou worden totdat ik over enige tijd weer op mijn werk zou verschijnen, maar daar dacht men dus anders over. Prompt werd mijn rugzak van mijn rug gehaald en werd ik in het busje gestopt. Ik sputterde nog wel een beetje tegen, want hoe moet dat nou met mijn Camino? En hoe lang blijven we weg? En hoe moet dat nou verder? Het gastgezin waar ik vanavond verblijf verwacht me rond 17:00 uur, heb nog wel tijd, maar ik ben nu even de controle kwijt, en dat is voor mij heel lastig. Plechtig werd mij beloofd dat ik weer op dezelfde plaats zou worden afgezet en met het hele gezelschap reed ik mee naar de stad Diest, alwaar we op een terras lekker een bakkie hebben gedronken. Aldaar kwam het ceremoniële gedeelte en werd mijn Staat van Dienst voorgelezen, waarna ik het onderscheidingsteken voor “Landurige Eerlijke en Trouwe Dienst “ (een gouden medaille) heb mogen ontvangen, uit handen van Claudia, mijn functionele meerdere, namens de minister. Het was wel gezellig in de stad op het terras in de zon, een tweede bakkie kwam en omdat het inmiddels lunchtijd was geworden werden de menukaarten gevraagd, waarna er ook nog werd gegeten. Maar als echte pelgrim meende ik toch even geen menuutje te kiezen. Van de paters had ik een lunchpakketje mogen maken en dat wilde ik nuttigen ook. Zo zat ik daar tussen het lunchend gezelschap mijn eigen boterhammen op te eten en telkens keek ik maar op de kerkklok. Ik werd om 11:05 uur “ontvoerd” en inmiddels was het al 14:10 uur. Daar gaat mijn geplande schema.
Toen we daar zo zaten schoot me opeens nog iets te binnen: de sleutel, van mijn kamer. Als mijn collega’s onderweg naar huis nou eens even via het onthaalcentrum in Scherpenheuvel rijden is alles meteen opgelost. Zo gezegd, zo gedaan. Het bezoek komt eigenlijk dus als geroepen. Dingen gaan zoals ze gaan, laat het komen zoals het komt en vertrouw erop dat het allemaal wel weer goed komt. Jacobus zorgt maar weer goed voor me.
Na de lunch werd ik weer netjes teruggebracht op exact dezelfde plaats als waar ik mijn lopen onderbrak. Rugzak op, laatste groet en een kus en mijn Camino kon weer verder. Fris en fruitig liep ik verder richting het zuiden, met mijn hoofd helemaal in de wolken. Een fijn cadeautje om Heidi zo onverwacht bij me te hebben, dat mag wel vaker gebeuren. Nog nagenietend van het hele gebeuren keek ik even op mijn GPS hoe ik moest lopen. Nee wat is dat, liep ik niet richting het zuiden, maar was afgebogen naar het westen, ik had een paadje gemist. Dan maar de stoute schoenen aangetrokken en dwars door een graanveld en ingezaaid maisveld een doorsteekje gemaakt. 850 meter ploeteren, maar zat daarna wel weer op de juiste route. Even was ik een echte landloper. Door al het oponthoud, hoe aangenaam ook, heb ik eigenlijk helemaal niets van de Via Monastica gelopen vandaag. Mijn GPS heeft me de kortste weg naar mijn slaapplaats gestuurd, niet de mooiste route dus, maar als het niet gaat zoals het moet, dan moet het maar zoals het gaat. In liep nog over wisselende landbouwwegen maar ook over wat drukkere doorgaande wegen met veel forensenverkeer. Onderweg bij de dorpen waar ik doorheen liep, voelde ik telkens aan de kerkdeuren, maar die waren allemaal gesloten. Geen stempels voor in mijn paspoort vandaag, het zij zo. Ik heb nog flink doorgestapt, dacht effe niet aan “Festina Lente” en hoop dat me dit niet gaat opbreken.
Om 17:20 arriveerde ik bij mijn gastgezin, een echtpaar met twee thuiswonende zonen waar ik onverwachts nog lekker mee heb mogen eten. Met het eten was niet op mij gerekend vandaag, hadden we ook niets over afgesproken, Ik vond het al lang goed, er werd me een fiets aangeboden waarmee ik in het dorp iets zou kunnen halen. Na enkele minuten zei de gastvrouw; “Nee we doen het zo, soep, aardappelen en groenten is er genoeg en ze sneed bij iedereen een stukje vis af, zodat ook ik een heerlijke maaltijd kreeg om deze dag mee te eindigen. Erg dankbaar was ik weer voor wat anderen voor mij doen, tijdens mijn wandeltocht. Ik voel me als pelgrim zo nederig en ben blij met al het kleine wat me geboden wordt. Na een frisse douche en dagelijkse wasje (als dat morgen nog maar droog is) ging ik voldaan slapen. Er was nog wel een dingetje met betrekking tot mijn overnachting voor morgen maar dat vertel ik morgen wel.
Succes vandaag!
Het zal wellicht ook niet je enige "schakel" moment gaan worden op je camino, probeer het dan los te laten en het beste ervan te maken. Want zoals je zelf schrijft: gaat het niet zoals het moet... dan moet het maar zoals het gaat 😘
En ik kijk elke dag met smart uit naar je nieuwe reisverhaal. Wat kun je mooi schrijven.
Kent U de Vlaamse zanger Willem Vermandere en prachtige liedjes ? Ik zou u willen attenderen op het liedje " Onderweg " . Dit al vele jaren geleden geschreven nummer zou m.i. goeddeels op uw tocht naar Santiago kunnen slaan. In de tekst komt b.v. uw nieuwe motto terug. Zeer aanbevolen om dit als het kan nog tijdens uw tocht eens te beluisteren. Ik geniet van uw verslagen en wens u een goede Camino verder.
VOLHOUDEN TOPPERTJE.
Na een werkbezoek in het buitenland, heb ik nu de kans om je te feliciteren met je gouden medaille. Van harte jongen!
Ik heb nu ook de tijd om je andere verhalen te gaan lezen, maar deze wilde ik eerste doen omdat ik zeer benieuwd was naar je reactie op deze "overval", haha!
Blijven stappen vriend!
Wat een super idee van je collega's om mij thuis op te pikken en jou proberen op te sporen onderweg op de Via Monastica.
Dit keer hadden wij je tuk. Je wist van niks!
De medaille-uitreiking op het zonovergoten terras in Diest en de heerlijke lunch maakten
het gezellige samenzijn compleet.
Langs deze weg wil ik toch nog een keer Peter, Henrie, Henk, John, Olav en Claudia extra hartelijk bedanken!! Ook voor de mooie bos bloemen.
Hier kunnen we weer mooi op terug kijken! Suc6 met je volgende etappes! XXX
groetjes moeder
GR Tante Sjan en Ome Wiet
Bon voyage . Liefs van Jenny